BLOG >>>
Of ik haar uit de brand wilde helpen. De oppas moest onverwachts eerder weg. Ja hoor, dat wilde ik wel. Sterker nog, Fee is een van mijn favorieten binnen het leger aan kroost van mijn vriendinnen. Ik meldde me bij het huis van mijn vriendin, een jong meisje deed open. Er volgde een keurige overdracht. Luiers, kleertjes, speelattributen, zonnebrand, kinderwagen, Nijntje koekjes als middagsnack, en water. Ze moest voldoende water drinken, dat was belangrijk. Geconcentreerd nam ik de informatie in me op en zwaaide het meisje uit.
Nu was het Fee en ik. Zestien maanden en de uitdrukkingsvaardigheid van een teletubbie. Hoe communiceer je daar mee? In ieder geval niet door tien octaven hoger te gaan praten. Normaal praten, geen ingewikkelde vocabulaire, maar wel communiceren van mens tot mens – niet van josti tot peuter. We vermaakten ons prima. Boekje lezen, blokken bouwen, fruithap voeren, en toen leek het me hoog tijd voor de hoofdactiviteit van deze tropische dag: het pierenbad in het Vondelpark. Exercitie zwemluier, zwembroek en zwemshirt aan, Havaiana slippers in een maatje waarvan ik het bestaan nooit had vermoed, en een iets te grote roze zonnebril op het platte neusje – ready to roll.
Even later duwde ik de buggy met mijn blonde trofee erin over de zonnige stoep. Passanten knikte ik vriendelijk toe, mij bewust van hun veronderstelling dat ik dit wezen had gebaard en dat ik daarom zo trots keek. Het beviel me eigenlijk wel, beetje moeder spelen. Bij het pierenbad was het druk. Heel druk. Gillende kinderen, grasveld bezaaid met kleedjes en kinderwagens, moeders, vaders, nanny’s, oppassers zoals ik. Ik parkeerde de kinderwagen dichtbij de rand van het bad, zodat ik onze spullen goed in de gaten kon houden. Tevreden over deze doordachte positionering plantte ik Fee op ons kleed. Ik zag dat ze ogen tekort kwam om te kijken naar alles wat er om haar heen gebeurde, waardoor ik mijn rol als entertainer kon even kon neerleggen.
Na een kwartier apathisch samen chillen op het kleed, besloot ik dat het tijd werd voor de apotheose van deze middag: een duikje in het pierenbad. Daar gingen we, zonnebril af, emmertje mee. Onzeker over haar zelfredzaamheid stapte ik samen met Fee het bad in en hield haar handje stevig vast. Slippertjes aan de badrand, en die speen met knuffel keycord hoefde ook niet mee, die kon immers alleen maar nat worden. Stoer stapte mijn trofee door het water, spannend vond ze het wel. Na tien meter heen en terug te hebben gewandeld, stapten Fee en ik compleet nat gespetterd het bad uit. Naar de slippertjes, en de.. Kut, waar is die speen heen? Onee. Godverdegodver. Welke mongool neemt een speen mee naar het bad als deze niet mee het water in hoeft? Waarom niet gewoon op het kleed laten liggen?
Het was mij direct duidelijk dat ik hier een grote steek had laten vallen. Ik dacht me te herinneren dat elk kind een vaste speen heeft die voor hem of haar van levensbelang is. Zonder welke het kind niet functioneert. Niet eet, niet slaapt, totaal ontregelt raakt. Welk bijdehand Amsterdams k-kind heeft het in zijn hoofd gehaald om andermans speen te jatten? Je hebt toch lekker je eigen speen? Paniekerig keek ik om me heen, zowel naar de kant van het bad als in het water. Niks. Ik moest alles op alles zetten om het ding terug te vinden. Ik parkeerde Fee bij twee moeders, stamelend dat Fee heel makkelijk is, echt helemaal niet eenkennig en zo, en ging op kruistocht. Woest stapte ik slalommend door het bad, alle kinderen opzij duwend en ondertussen driftig speurend naar het plastic ding. Zonder resultaat. Langzaamaan probeerde ik mijn te verzoenen met mijn lot als falende oppas. Koortsachtig dacht ik na hoe ik dit aan mijn vriendin uit zou kunnen leggen.
Terug bij Fee vertelde ik haar op ernstige toon dat ik haar speen had kwijtgemaakt en dat dat mij heel erg speet. Ik pakte onze spullen bij elkaar, zette haar in de wagen en hobbelde met kinderwagen over het gras tussen de kleedjes door, hier en daar vragend of iemand misschien een verloren speen had gezien, een foto van het ding tonend ter illustratie. Fee begon luid te jammeren. Ik vond dat mijn verdiende loon en bleef haar mijn spijt betuigen terwijl ik probeerde om haar te sussen. Toen dit pratend niet lukte begon ik te zingen. Dat werkte. Na zo’n tachtig keer klap eens in je handjes waren we weer thuis.
Toen mijn vriendin thuiskwam en ik het speendrama opbiechtte, vertelde ze mij dat de kwijtgeraakte speen helemaal niet belangrijk was. Gewoon van de Hema, kost een paar euro. Ze heeft er daarvan wel meer, die vindt ze allemaal prima. De opluchting die ik voelde was onbeschrijfelijk. Mijn nachtmerrie over een ontregeld kind door mijn schuld schudde ik langzaam maar zeker van me af. Of ik volgende week weer wilde oppassen, ja natuurlijk wil ik dat best. Opgelucht maar compleet afgemat droop ik af.